Oude gebouwen hebben een geschiedenis. Logisch… Soms levert dat onverwachte ontdekkingen op. Een prachtig voorbeeld daarvan vinden we in het Louvre, namelijk het oude Louvre.
Eerder schreef ik al over de piramide van de nieuwe ingang (lees: “een geslaagde entree“). Tijdens die grootschalige modernisering van het museum is onder de grond een compleet nieuw verkeersnetwerk aangelegd, van gangen, pleinen en functionele ruimtes, waardoor de stromen bezoekers zich een weg banen naar de diverse afdelingen. Hiervoor zijn de binnenplaatsen tot grote diepte uitgegraven, en moest men dwars door funderingen breken om de verschillende vleugels te bereiken.
Bij het graafwerk op de Cour Carrée (vierkante binnenplaats), de omsloten binnenplaats van het complex, deed men een fantastische ontdekking. Direct onder het plaveisel bleek zich het complete basement van het eerste Louvre te bevinden, de middeleeuwse donjon. Gebouwd door koning Philips (Augustus) II omstreeks 1190. Deze had net een compleet nieuwe stadsmuur aan laten leggen, waarmee de stad in een klap fors werd uitgebreid. De Seine vormde een zwakke schakel in deze muur, die vooral aan de westzijde extra verdedigd moest worden. Het toen nog bescheiden Franse Koninkrijk kon zich zelfs bij zijn hoofdstad nog niet veilig wanen voor bijvoorbeeld een invasie van de Engelsen, destijds nog Hertogen van het naburige Normandië. Aldus werd een versterkte donjon opgericht aan de Seine oever, net buiten de nieuwe stadsmuur.
De donjon werd later uitgebouwd tot residentiekasteel, waarvan op oude miniaturen nog afbeeldingen bewaard zijn gebleven, bijvoorbeeld op de beroemde Tres Riches Heures du Duc de Berry.
Het kasteel had sterk te lijden van de honderdjarige oorlog, waarbij Parijs zelfs voor een periode in handen van de Engelsen was. Echt duurzaam herstel werd eigenlijk nooit uitgevoerd. Aan het begin van de 16e eeuw, het koninkrijk was fors gegroeid en Parijs was de onbetwiste hoofdstad, vond François I de bouwvallige donjon een koninklijk kasteel onwaardig en besloot tot de bouw van de Cour Carrée.
Daarvoor werd de oude donjon met de grond gelijk gemaakt. In letterlijke zin: eenmaal het niveau van het maaiveld bereikt, achtte men het sloopwerk voltooid. Het complete basement van de donjon liet men liggen. Toen de werkzaamheden in het kader van de modernisering van het museum begin jaren ’80 het uitgraven van de binnenplaats noodzakelijk maakten, stuitte men erop als op een onontdekte schat van het Louvre.
Kolossale middeleeuwse muren, in een fantastisch goede staat, werden vrij gelegd. Wat een vondst! Natuurlijk werd het werk van de 16e-eeuwse slopers niet voltooid, ten behoeve van de modernisering, hoe belangrijk ook. Integendeel. Wat werd aangetroffen, werd gerestaureerd, en toegankelijk gemaakt voor bezoek.
Zo wandel je tegenwoordig vanuit de centrale ondergrondse toegangsruimte onder de piramide, door de funderingen van de westvleugel van de Cour Carrée en komt in een crypte-achtige ruimte. Daar sta je dan, tegenover de imposante muren van het eerste Louvre: meer dan manshoge en metersdikke muren, conform de oorspronkelijke verdedigingsfunctie van het fort. Zelfs een oude entree is intact en je kunt er binnen wandelen, en enkele ruimtes bekijken.
Of je daarbij letterlijk in de voetsporen van de oudere Franse koningen treedt, is overigens nog maar de vraag, want tot dit niveau zal de koning zich slechts hoogstzelden hebben verlaagd. Dit was de verdieping voor de bedienden, het voetvolk, dat er enkel moest zijn om het verblijf van de koningen op de hogere verdiepingen zo aangenaam mogelijk te maken.
Op de bodem van de gracht, die rondom de donjon nog aanwezig is, werd een enorme schat aan archeologisch materiaal aangetroffen. Dat wil zeggen, wat we nu archeologisch materiaal noemen. Bij gebrek aan een vuilophaaldienst werd in de Middeleeuwen een kapotte kruik, bord of beker linea recta uit het raam gesmeten en belandde in de gracht. Weg ermee en “opgeruimd staat netjes”. Tot 30 jaar geleden de gracht werd uitgegraven en alle scherven van huisraad werden ontdekt, die een fascinerende inkijk boden in het leven van de toenmalige bewoners.
Aldus heeft men oude en ooit volstrekt waardeloze bouwresten omgetoverd tot een onverwachte, waardevolle schat, die naast alle andere kunstschatten van het Louvre het bekijken meer dan waard is. Slechts zelden sta je zo direct oog-in-oog met de geschiedenis van een gebouw..
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.